maandag 10 augustus 2020

"Voedselbank"

Dat er op dit moment al meer dan 2 miljoen mensen in Nederland gebruik maken van de voedselbank, hebben we misschien gelezen. Voor een rijk land als Nederland behoorlijk beschamend en ik voel me daar ook erg machteloos onder. Wat moet het vreselijk zijn als je je kinderen geen fatsoenlijke maaltijd kunt geven omdat je het geld niet hebt om eten te kopen.
Maar ook in de natuur wordt het steeds moeilijker om aan voedsel te komen.
Verleden jaar hoorde ik dat er veel te weinig wurmpjes waren voor de vogels, dus ben ik begonnen om ze niet alleen in de winter te voeren, maar ook in de zomer. Om mij heen krijg ik daar af en toe kritiek op want zo zouden de vogels lui worden...Wij hebben dus op Mas de Veziou onze eigen "voedselbank" en ik kan zeggen dat er dankbaar gebruik van wordt gemaakt. En niet alleen de vogels zitten op een tak in de boom te wachten tot de kust vrij is. Voor onze oude poes hoeven ze niet meer bang te zijn en wij zijn inmiddels gebombardeerd tot "goed en ongevaarlijk volk" zodat ze zich niets meer aantrekken van ons als we op het terras zitten. Ergo: Als het eten op is beginnen ze allemaal te schreeuwen, het liefst om 6 uur 's ochtends. Echtpaar duif koert, vlak bij de slaapkamer, zeker 5x harder dan normaal en er is zelfs een brutale koolmees die tegen het raam tikt. Ze gaan allemaal net zo lang door tot ik naar buiten kom om de bakken te vullen. Nu, met de hitte elke dag, wordt er ook dankbaar gebruik gemaakt van de twee bakken water. De één drinkt het water en proeft even na alsof het om een goede wijn gaat en de ander springt er in om uitgebreid te badderen en te spetteren zodat het water over de rand heen klotst. Het echtpaar Duif bepaalt de hiërarchie van eten; eerst zij en daarna de anderen. De boomklevers nemen hun tijd en gaan midden in de bak graantjes zitten om uitgebreid van hun maaltijd te genieten, terwijl de koolmeisjes op de takken zitten te wippen van ongeduld. We hebben een grote variatie eten in onze voedselbank, voor elk wat wils zou je zeggen. Door de liefdevolle zorg van Frank doet de grote houten bak met aardbeienplantjes het prima en hebben we, of liever gezegd hadden we, regelmatig een handjevol met de heerlijke Mara de bois aardbeien. Zij zijn hier echt de koning onder de aardbeien en het is of een engeltje je op de tong piest, zo lekker zijn ze.
Maar de jonge hagedissen hebben duidelijk van hun moeder geleerd om voor zichzelf op te komen en maken dankbaar gebruik van deze voedselbank, waar vervolgens al weken lang elke aardbei verdwijnt als sneeuw voor de zon. En Frank de aardbeienplantjes maar water geven....
De prachtige champagne kleurige roos op ons terras is blij met alle zorg van Frank want de blaadjes glanzen en de ene knop na de andere verschijnt. Helaas zijn ze de volgende dag allemaal weggevreten door de grote vliegende zwarte torren die netjes op hun beurt hebben gewacht om daarna met smaak aan hun 4-sterrenmaaltijd te beginnen. De rozenknoppen die langs de kant van het pad staan zijn echter voor de reeën die er wel pap van lusten.
De wespen en andersoortige vliegenden hebben hun eigen voedselbank en kruipen elke ochtend diep in mijn lege yoghurtbakje. Makkelijk zou zijn om dan een schoteltje op het bakje te leggen want "opgeruimd staat netjes." Maar dat kan ik niet over mijn hart verkrijgen want zolang ze mij niets doen, doe ik hun ook niets. Wat zou het mooi zijn als wij mensen dit standpunt allemaal naar elkáár zouden delen.
De meest bijzondere bezoekers van de voedselbank op Mas de Veziou is de familie Boommarter.
Met z'n drieën hebben ze hun oog laten vallen op de boom die aan één kant redelijk vol hangt met mirabellen. Nog net niet rijp genoeg om al te plukken, maar de familie Boommarter is minder kieskeurig; honger is honger per slot van rekening. We geloven onze ogen niet als ze met z'n drieën op klaarlichte  dag onder het terras in de boom zitten en rustig onze mirabellen aan het oppeuzelen zijn.
Het mag op de voorpagina van "Nieuwtjes uit Larnagol". Toch aardig dat ze het laatste restje voor ons over laten. Mijn herinneringen gaan naar mijn Oma die in de winter op haar jas een dode en platte marter had hangen. Dat zag je vroeger wel vaker. Als kind gruwde ik daar al van en ik weet nog dat ik mijn Oma geen zoen wilde geven als ze dat beestje om haar nek had hangen.
Hier zijn ze dus welkom en ze mogen zelfs de mirabellen opeten. Ik ken hun verdere menukeuze niet maar ik zou met liefde wat voor ze neerzetten. In tijden van nood help je elkaar toch?
Welke gasten de Voedselbank in de nacht komen bezoeken, weten we niet. Er is alleen rond het huis behoorlijk wat rumoer af en toe...






dinsdag 4 augustus 2020

Dansend Hart...

Het is al een tijd erg heet hier op de berg maar de temperaturen van de laatste dagen spannen 
de kroon. ( 40-42 graden! ) Ik spring dus geen gat in de lucht van blijdschap ( alsof ik dat nog zou kunnen...) Mijn trouwe hart werkt zich 3 slagen in de rondte en als een cipier bewaak ik mijn eventuele vochttoename. Heb dus min of meer huisarrest wat overigens geen straf is alhoewel het ook in huis een soort sauna dreigt te worden. Meestal vul ik dan een bad met water waar ik, als ik er behoefte aan heb, even in kan gaan liggen. Maar omdat ik er niet zo makkelijk meer uitkom, ondanks de oefeningen die ik elke ochtend doe en het erg op mijn lachspieren werkt, hou ik het maar voor gezien. Vandaag heb ik echter een prachtig cadeau gekregen!
Op het heetste moment van de dag loop ik 200 meter naar de brievenbus die aan het begin van het pad staat. Ik wacht namelijk op een brief van het laboratorium met de uitslag van mijn bloed dus mijn nieuwsgierigheid is groter dan de last van de hitte. Er is echter geen brief en mijn gemopper hoort niemand gelukkig. "Geen bericht, goed bericht" zeg ik tegen mezelf. "Bovendien zijn dit wel niet de 10.000 stappen waar iedereen het over heeft, maar toch een wandelingetje, hoe klein ook.
Een paar weken geleden had ik dit niet voor elkaar gekregen zonder 3 x te stoppen vanwege de kortademigheid. Als ik langs het atelier loop zie ik de splinternieuwe, inklapbare rollator staan die ik mezelf, op advies van de fysiotherapeut van het Antonius, cadeau heb gedaan voor mijn 75-ste verjaardag. Niet alleen is het nog een stapje te ver voor mij om er achter te gaan lopen, maar het belangrijkste: Ik heb hem helemaal nog niet nodig!!!!!! Bijna maak ik opnieuw een klein vreugdesprongetje want die ontdekking bezorgt me een blij en dankbaar gevoel. En het mooiste is dat ik nu niet één keer heb moeten stoppen vanwege de ademnood. Ik geef de rollator een vette knipoog en loop, weliswaar in een langzaam tempo, terug. Daarna uit hijgen op de bank mag de pret niet drukken; I did it ! ik heb wel een lekker koud wit wijntje verdiend om het te vieren. 
Ik voel me alsof ik de marathon heb gehaald. Heb zin om over de vallei te schreeuwen dat het zoveel beter met me gaat. Wat is de tijd dat ik het gevoel had dat het leven uit me gleed, al weer ver weg.
Dat ik in mijn hoofd een lijstje aan het maken was met wat ik nog moest doen. Ik weet niet hoeveel gidsen en engelen daar in die andere wereld mijn hand hebben vastgehouden en hoeveel zorg ik heb gehad in het Antoniusziekenhuis.
En mijn herinneringen gaan terug naar ruim 4 jaar geleden toen alles begon. Toen mijn hart opeens ging rebelleren en ik de eerste twee stents in Toulouse kreeg waar ze me vertelden dat het er niet zo mooi uitzag allemaal. Omdat ik een second opinion wilde, bood onze vriend Kees aan om een gesprek met een cardioloog te regelen waar hij al vanaf zijn studententijd bevriend mee was en die tot de top van het Antonius behoorde. Kleine anekdote tussendoor : Kees met vriendin en de cardioloog met zijn vriendin waren in hun studententijd  stand-in van de Showbizz quiz, in die tijd een zeer populair televisieprogramma, waarvoor Frank het decor had ontworpen. Zo kwam hij in contact met de groep studenten. Zo gezegd, zo gedaan dus er werd een afspraak geregeld en wij kwamen terecht in een immens groot ziekenhuis waar we elkaar onmiddellijk kwijt raakten en pas na lang zoeken, gierend van de lach, terugzagen voor de kamer van de cardioloog. 
Het was de start van een bijzondere relatie, niet alleen medisch, maar ook vriendschappelijk.
En zowel in hun huis waar de deur altijd openstaat en we elke keer met open armen worden ontvangen als in het ziekenhuis waar ik alle zorg en vertrouwen krijg die ik nodig heb, begonnen 4 jaar geleden voor Frank en mij de "tropenjaren". Het Antonius waar ik zoveel keer weer in een bedje terecht kwam, werd een beetje "mijn tweede huis". 
Elke keer als ik met mijn "overlevingskoffertje" op de afdeling Eerste harthulp of Hartchirurgie, waar de laatste jaren ook de longafdeling aan toegevoegd is, binnenkom, voel ik mij veilig en weet ik dat ik hier in goede handen ben. Dat ik altijd antwoord krijg op mijn vragen en de cardioloog met zijn vakmanschap en zorg er altijd voor me is. Dat Frank en ik met onze zorgen worden opgevangen en er een luisterend oor voor ons is. Ik realiseer me tijdens mijn 400 meter hittewandelingetje vandaag dat ik een gelukkig mens ben. 
Het geeft me de kracht om elke keer weer overeind te krabbelen.
Het geheim?.... Ik vier het leven, ik omarm het leven en ja, ik ben verliefd op het leven.
Vallen en opstaan. En met het opstaan wordt er steeds weer een nieuw stukje leven geboren!
Ik kan het niet laten om "mevrouw Blom" nog een keer aan te halen. Het gedichtje dat ik in één van mijn eerste blogs toevoegde. Onze vriend Ron die musicus is, heeft het op muziek gezet.
Van mij mag het een hit worden, voor mij is het al een hit; Ik leef, ik heb lief, ik lach....

Mevrouw Blom

Mevrouw Blom van nummer 7
is verliefd, verliefd op ’t leven.
Ze praat met bomen, danst met de kat.
Zingt elke dag opera’s in het bad.

Mevrouw Blom wordt nooit eens kwaad,
ze lacht al wanneer ze uit bed opstaat.
Ze is bevriend met alle dieren,
kruipt door de tuin en knuffelt mieren.

Ze springt touwtje op het pleintje,
ligt in het gras en drinkt haar wijntje.
Zwaait naar de vogels en de mensen
om ze een goede dag te wensen.

Want mevrouw Blom van nummer 7
is verliefd, verliefd op ’t leven.
Ze vult haar dag  met honderd kleuren
in plaats van altijd lopen zeuren.

Weet je, vertelt ze iedereen,
de liefde houdt me op de been.
Ik vul mijn hart met blije dingen
en voel in mij het leven swingen.

Ja, mevrouw Blom van nummer 7
heeft iedereen heel veel te geven.
Maar ach, men vindt het overdreven
dat je verliefd bent op het leven....

Manja Siebrecht