vrijdag 12 juli 2019

Lang geleden toen ik jong was...


Zeven jaar was ik toen mijn opa elk jaar in Bergen ( Noord-Holland) een mooi wit huis huurde waar wij, mijn grootouders, mijn ouders, broer Bart en ik,  in de vakantie naar toe gingen. 
Een paar jaar later huurden mijn ouders van Mijnheer en Mevrouw Roos, die een ijssalon en tearoom hadden in Bergen aan Zee, één kamer die naast de fietsenstalling lag. In die kamer stond een tweepersoonsbed, een stapelbed, een tafel met 4 stoelen en een gelegenheid om te koken. Er was geen douche en voor de wc moesten we naar de fietsenstalling die via de binnendeur in onze kamer te bereiken was. Ze moesten er 25 gulden per maand voor betalen.
Schuin aan de overkant was het stationnetje van Bello, het stoomtreintje dat tussen Bergen aan Zee en Bergen reed. Mijn vader kwam alleen in het weekend en het was feest als mijn Oma af en toe, met een tas vol lekkers waarbij een pakje roomboter standaard was, uit het treintje stapte. Een nog groter feest was het als we naar Bergen gingen lopen en terug mochten met Bello. De fietsenstalling werd ons speeldomein en als mijn vader kwam, gingen we heel vroeg het strand op om te jutten. Ik zal nooit vergeten dat er een kist met appels was aangespoeld waarvan een groot deel door het zoute water was aangetast, maar er nog heel veel eetbare appels lagen. Mijn ouders hadden niet veel geld en die grote rode appels waren erg duur, dus ik zie nog het blije gezicht van mijn moeder. 
Als we buiten stonden, zagen we boven de bomen van het bos de toren van het Bio-Vakantieoord uitsteken. Ik vond het een intrigerend gebouw en al helemaal omdat we altijd groepen kindjes zagen lopen in blauwe pakjes met een verzorgster erbij die een verpleegsterskostuum aanhad. Aan Walter, één van de studenten die de fietsenstalling beheerde, vroeg ik wie die kindjes waren en of ze in dat grote gebouw woonden. Hij vertelde me dat het kinderen waren die nooit op vakantie gingen en te weinig eten hadden, dus aan moesten sterken in het Bio-Vakantieoord. Bart en ik besloten onmiddellijk om niet meer te gaan eten zodat we ook naar dat gebouw konden. Uiteraard hebben we dat niet lang vol kunnen houden, maar vanaf dat moment wilde ik Bio-Vakantieoordje spelen, wat wil zeggen dat Bart en Hanneke, een meisje dat met haar ouders boven de tearoom een klein appartement huurden, mijn " ondervoede" kinderen werden en ik uiteraard de verzorgster. Het verzorgen zat er dus al vroeg in.
Ik bond een wit kussensloop als een schort om me heen en we gingen op pad, dat wil zeggen, we liepen naar de enorme oprijlaan die door de bossen omhoog kronkelde naar het gebouw, want ik was heel erg nieuwsgierig hoe dat er nou van dichtbij uitzag. Bovendien had ik in mijn fantasie nu ook een kinderklasje waar ik voor mocht zorgen.  We kwamen niet ver want al snel werden we tegengehouden door iemand die zei dat het niet voor onbevoegden was. En zo bleef het heel erg lang een intrigerende plek voor mij en keek ik elke keer verlangend naar de optocht van kinderen in blauwe pakjes. Bergen en Bergen aan Zee gingen behoren tot het hoofdstuk jeugdsentiment en zelfs toen ik volwassen was en met onze eigen kinderen naar Bergen aan Zee ging, kon ik het niet nalaten om met een soort stil verlangen even een blik op het Bio-Vakantieoord te werpen alhoewel ik wist dat het al lang geen vakantiekolonie meer was. Kortgeleden ben ik er echter achter gekomen wat het op dit moment wel is. Na lange tijd de woonplek van een soort spirituele commune geweest te zijn, is het een restaurant geworden waar je, op een prachtig terras de zee kunt zien en heerlijk kunt lunchen. Op mijn 74-ste jaar kwam ik dan eindelijk op de plek die eigenlijk mijn hele leven zo'n magische uitstraling op mij heeft gehad. 
En ik hoefde nu niet eens van een wit kussensloop een schort te maken...
Zelfs mijn badpakje was gebreid
door mijn moeder.
         
Herinnering….


Weggegleden  zijn de jaren
mee met de stroom van een rivier
zonlicht spiegelend in het water
gedachten zijn nog niet bij Later…..
later is voor oude mensen
slechts een woord dat niet bestaat
want in de omarming met het leven
duren dagen nooit maar even…..

even is immers altijd vluchtig
terwijl een dag drie dagen duurt
zonder begin en zonder eind
als in een dans met de eeuwigheid…
tot de dagen korter worden
later is opeens vandaag
en de wereld ooit zo groot
ligt doelloos in de moederschoot….

geen stemmen meer van jonge mensen
maar een portretje aan de muur
levend in herinneringen
't hart gevuld met duizend dingen…..
weggegleden zijn de jaren
mee met de stroom van een rivier
de zon gaat onder in het water
en  het NU
is opeens het Later…





1 opmerking:

  1. Wat een mooie jeugdherinnering Manja. Je hebt het zo prachtig verwoord, dat het lijkt of je erbij bent.
    Ook het gedicht is wonderschoon. Liefs Louisa

    BeantwoordenVerwijderen